Wat is jouw financiële blauwdruk?

Wat is jouw financiële blauwdruk?

15 augustus 2024 4 Door Marìs

Het kan handig zijn om jezelf af te vragen; wat is jouw financiële blauwdruk? Met welke gedachtes over geld ben jij opgegroeid? Wat kreeg jij vaak te horen?

Wat is jouw financiële blauwdruk

Wat is jouw financiële blauwdruk?

Nu ben ik ook wel benieuwd hoe dit onder mijn lezers is, dus ik stel jullie de vraag; wat is jouw financiële blauwdruk? Maar natuurlijk niet zonder eerst over die van mijzelf te vertellen. Jullie lezen hoe ik als kind te maken had met geld en hoe leuk ik dat vond (of niet).

Leestip: Dividend van juni 2024!

Als ik begin bij mijn vroegste herinneringen over geld, kom ik terecht bij mijn basisschooltijd. Als kind had ik zo’n leuke penny spaarpot, de muntjes werden automatisch per soort gesorteerd als je het in de spaarpot gooide. Dat vond ik altijd heel fascinerend om te zien. Ik begreep maar niet hoe dat toch kon dat ze automatisch het goede vakje in rolden. En daarom vond ik het ook des te leuker om geld in die spaarpot te kunnen gooien. Eigenlijk kan ik dus wel zeggen; als kind vond ik geld erg leuk en interessant. Ik zag het ook snel liggen als er iets op de grond ergens lag.

De mindere kanten

Ook had geld voor mij zijn minderen kanten. Hoewel er bij mij thuis zat geld was, werd dit vooral aan de narcist himself besteedt en niet aan ons (dus niet aan mijn moeder en mij). Dit vond ik altijd erg oneerlijk. Meneer (mijn biologische ‘vader’, al is hij de term ‘vader’ niet waard) kocht pakken van honderden euro’s (of guldens nog in die tijd). En als ik iets nieuws nodig had werd er moeilijk over gedaan. Ook werd er weinig geld aan leuke dingen besteed, want alles was al snel; ‘nee dat is te duur’. Terwijl er geld zat was. Dit weet ik omdat ik op latere leeftijd zijn salaris stroken onder ogen ben gekomen toen ik mijn moeder hielp met de zolder opruimen. Hij verdiende gewoon 5000 euro netto per maand. En de maandlasten waren verre van zo hoog.

Maar ook als kind had ik door dat er zat geld was, maar dat hij gewoon weinig geld voor ons over had. Er werd altijd geklaagd dat alles zo duur was. Maar dan wel regelmatig een gloednieuwe auto kopen. Er waren genoeg kleine dingen waaraan ik kon merken dat er wel degelijk geld was. Zakgeld? Dat kregen kinderen zomaar, maar ik moest ervoor werken, anders kreeg ik niks. Klussen als onkruid wieden en schoonmaken. Afdrogen enz. Ook waren prestaties erg belangrijk. Als je presteerde dan was het helemaal en werd je beloond. Hoe hoger de beoordelingen op het rapport, hoe meer geld ik ervoor kreeg. Maar dan wel alleen voor de ‘goed’ en ‘zeer goed’ beoordelingen. Waarschijnlijk komt daar mijn bloedhekel aan moeten presteren vandaan.

Vaak gehoorde termen

De termen als; het geld groeit me niet op de rug, alles wat op de grond ligt is vies en ik heb geen geldboom in de tuin, vlogen regelmatig in het rond. Maar nog het allermeeste; dat is te duur. En ‘dat heb ik niet’. Ook na de scheiding, toen mijn moeder ineens betaald werk moest zoeken (zij werkte daarvoor als vrijwilligster) kreeg ik dit soort termen vaak te horen. Maar dan omdat er oprecht weinig geld was. Toen zij werk vond was dit in eerste instantie maar voor 18 uur per week. Later pas kon zij uitbreiden. Van het salaris van 18 uur per week je huur en overige vaste lasten én een middelbare scholier betalen is ook bijna niet te doen.

Omdat mijn moeder ons toch graag op vakantie wilde laten gaan, leende ze daarvoor geld van mijn opa en oma. Misschien niet heel handig, maar wel uit liefde gedaan. Ook schonken mijn opa en oma met enige regelmaat wat, of ik ging weer kleding met ze shoppen die ik dan kreeg, omdat mijn moeder het niet kon betalen. In die tijden heb ik wel geleerd om qua boodschappen heel zuinig aan te doen en creatief te denken wat betreft het (avond)eten, maar ook om op de prijzen in de winkels te letten. Daar heb ik nu nog steeds profijt van.

Opa en oma

De ouders van mijn moeder zag ik wekelijks. Ook zij hebben voor delen van mijn blauwdruk gezorgd. Zo deden mijn moeder, opa en ik altijd een wedstrijdje; wie het meeste geld vond! Want er was in de tijd van de gulden best veel geld op straat/ op de grond te vinden. We maakten er altijd een wedstrijdje van. Op oudjaarsdag gingen we dan tellen hoeveel we gevonden hadden, dan belden we even met elkaar en óf ik óf mijn opa die won dan altijd. Mijn moeder bijna nooit. We wonnen dan niks, gewoon de eer. En die muntjes die ik gevonden had, die kon ik dan weer in die leuke spaarpot stoppen!

Zo zeiden mijn opa en oma ook altijd; wie het kleine niet eert is het grote niet weerd. En ook dat heb ik altijd meegenomen in gedachten. Net als dat zij altijd gezegd hebben; nooit financieel afhankelijk worden van een partner, altijd je eigen inkomen houden! Ook als gezegd wordt; dat hoeft toch niet! Dit is ook iets wat ik zelf altijd in mijn achterhoofd gehouden heb, terwijl mijn moeder dit dus niet deed (helaas, want daar heeft zij nu spijt van).

Mijn opa en oma waren voor mij degenen die geld wél leuk maakten. Thuis leerde ik wel sparen en vond ik dat erg leuk vanwege die speciale spaarpot, maar ik leerde vooral sparen om het weer uit te geven. Niet sparen om geld achter de hand te hebben. Van mijn opa en oma kreeg ik dan ook geld voor mijn rapport, maar niet alleen maar voor de goedjes en zeer goedjes, want ik deed mijn best en dat vonden zij véél belangrijker. Zij benadrukten ook altijd trots op mij te zijn. Als er een minder goede beoordeling tussen stond was het; jammer, maar volgende keer beter! Als je je best maar doet, dan komt het wel goed.

Toen ik geen zakgeld meer kreeg vanuit mijn ouders (mijn moeder kón het niet betalen na de scheiding), zijn mijn opa en oma mij zakgeld gaan geven. In plaats van de 10 euro per maand die ik eerst kreeg (en waar je eigenlijk al bijna niks meer mee kon als je daar ook cadeautjes van moest kopen), kreeg ik van hun 25 euro per maand! Echt een hele vooruitgang. Eindelijk kon ik naast het geld dat ik verdiende met oppassen bij de buren, ook geld sparen. Hierdoor is het mij uiteindelijk ook gelukt om geld bij elkaar te krijgen voor mijn rijbewijs.

Als ik dan nog even terug ga naar voor de scheiding, dan werden de koersen van de beurs altijd genoteerd vanuit de krant. Geen idee waarom, maar dat duurde altijd een eeuwigheid, ik mocht dan ook nooit storen. En daarom kreeg ik een hekel aan beleggen en aan mensen die dat deden. Want dat was maar saai gedoe. Later hoorde ik van mijn oma dat mijn opa en zij ook belegd hadden. Terwijl ik mijn opa dus nooit de koersen had zien noteren. Die was er nooit uren mee bezig. Daarom werd het beeld van beleggen wel weer een beetje recht getrokken. Mijn opa werkte vroeger bij een bank en was leidinggevende op zijn afdeling.

Door mijn opa en oma heb ik ook gezien hoe zij altijd hun inkomsten en uitgaven bijhielden. Dat noteerden zij altijd op papier. Hierdoor ontstond een super handig overzicht en deze maak ik vandaag de dag nog steeds. Na het overlijden van mijn opa is mijn oma dit ook altijd zo blijven doen. Dit deden zij altijd al samen en daardoor kon mijn oma er ook zonder moeite mee blijven doorgaan toen mijn opa overleed. Rekenen kon zij als de beste, want zij werkte vroeger in een winkel en moest hoofdrekenen, want vroeger rekende de kassa de totaalprijs nog niet uit voor alle producten die gekocht werden. Ze is net een wandelende rekenmachine. Super handig!

Deels is mijn blauwdruk dus verstoord met negatieve uitspraken. Maar aan de andere kant hebben mijn opa en oma vooral ook voor veel positiefs gezorgd. En daarbij hielp de ‘speciale’ spaarpot mij dus ook, dat ik die nu nog steeds niet vergeten ben, wil wel zeggen dat het indruk gemaakt heeft 😉

Wat heb je hieraan?

Als je weet hoe jouw financiële blauwdruk in elkaar zit, dan kan dat verklaren waarom geld bij jou altijd op is. Als er altijd gezegd werd; geld is vies. Dan wil je dat niet in je bezit hebben, want je wilt niet iets hebben dat smerig is. Als je denkt; rijke mensen zijn klootzakken, dan wil je geen geld hebben, want je wilt geen klootzak zijn. Dan zul je er onbewust dus ook alles aan doen om niet vies te worden of om geen klootzak te worden. Waardoor het geld dus ook weer van je rekening zal verdwijnen.

Je kunt er dus heel veel aan hebben om te weten wat jouw financiële blauwdruk is. Want als je die kent, dan kun je eraan gaan werken om hem aan te passen. Om te buigen naar iets positiefs. Bijvoorbeeld; met geld kun je geweldige dingen doen. En rijke mensen zijn vaak weldoeners en willen anderen helpen met hun geld. Als ik veel geld heb kan ik ook andere mensen gaan helpen. En dan kan ik ook geweldige dingen doen.

Zo zie je dus hoe belangrijk het is om een positief beeld te hebben over geld! Ook interessant om te weten; wat is de financiële blauwdruk van je ouders (als ze nog leven)? Want jij neemt ook dingen van je ouders over die je weer doorgeeft aan je (eventuele) kinderen. En die je meeneemt in je eigen leven. Verandering begint bij bewustwording.

Leestip: Emigreren en je spullen meenemen!

Wat is jouw financiële blauwdruk? Welke dingen hoorde jij vroeger vaak over geld? Hoe heb jij daar een positieve draai aan gegeven?

Wat is jouw financiële blauwdruk